Gisteren was de condoleance van mijn moeder alwaar er gelukkig veel gelachen werd, het afscheid met de familie was goed, vandaag was de begrafenis, alwaar er ook veel gelachen werd (gelukkig maar) en waar er veel herinneringen over vroegâh werden opgehaald door deze en gene, het was een mooie dag (soms wat ongemakkelijk), maar zoals mijn moeder zo mooi kon zeggen: “het is over” en dat doelde dan op sommige gevoelens die niet meer terzake doen.
Het was een mooie dienst, (eigenlijk ben ik stiekem heel trots op Zussie en jongst wereldberoemd nichtje die iets deden wat ik niet kon) een gedicht voordragen voor zoveel mensen is moeilijk, zeker als je vlak daarvoor “Tears in Heaven” van Eric Clapton heb mogen aanhoren, maar ze hebben het gedaan en ik ben apetrots op hen.
Wat mij deed “breken” is het feit dat Zussie wist dat ik meer een vaders- dan een moeders kindje was, waarbij zij mij vanmiddag bij het borrelen ná de begrafenis de trouwring overhandigde van mijn moeder, omdat zij vond dat ik deze moest hebben. Deze ring zal denk ik nooit meer mijn vinger verlaten, het geeft een apart maar ook fijn gevoel, heb ik pappa en mamma (ja met dubbel p en dubbel m) toch een beetje bij me en dat voelt goed (maar ook verdrietig)